Nog veel onduidelijk over efficiency trucks aan bovenleiding
In dit artikel:
TNO en TU Delft onderzochten in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat of Electric Road Systems (ERS) voor vrachtwagens maatschappelijke baten opleveren. De kosten-batenanalyse richtte zich op twee corridors vanuit Rotterdam naar Venlo (Duitsland) en Antwerpen (België) en vergeleek rijdend opladen via een bovenleiding (pantograaf) met een alternatief waarin alleen stilstaand laden mogelijk is.
Op papier levert ERS enkele voordelen op: kleinere accu’s, minder laadstops en kortere doorlooptijden. Voor de onderzochte routes wegen de verwachte baten net iets zwaarder dan de kosten. Tegelijkertijd zijn de resultaten zeer gevoelig voor onzekere aannames, zoals toekomstige batterijprijzen, elektriciteitstarieven en vooral het percentage vrachtwagens dat daadwerkelijk van de bovenleiding gebruikmaakt. Daardoor blijft voor vervoerders onduidelijk of investering in ERS-geschikte voertuigen zich terugverdient.
Ook financiering en organisatie zijn onopgeloste knelpunten: wie draagt de miljarden voor aanleg en onderhoud, welke gebruikstarieven gelden en hoe verhouden de inkomsten van een infrastructuurbeheerder zich tot de kostenvoordelen voor transportbedrijven? Daarnaast maakt het internationale karakter van vrachtroutes het nodig dat buurlanden meedoen; zonder grensoverschrijdende afstemming is het risico groot dat ERS-materieel slechts op een deel van de routes inzetbaar is.
Het ministerie van IenW heeft daarom vervolgonderzoek toegezegd, met focus op praktische aanleg en exploitatiemodellen en de plaats van ERS naast batterij-elektrische vrachtwagens die alleen stilstaand laden. Conclusie: ERS toont potentie, maar veel praktische, financiële en internationale vragen moeten eerst beantwoord worden.