Elektrisch wegtransport heeft in NL in 2030 hoogstens de helft van het aantal laadpunten dat het nodig heeft

maandag, 13 oktober 2025 (14:21) - TTM.nl

In dit artikel:

Het International Council on Clean Transportation (ICCT) waarschuwt dat de uitrol van laadpunten voor zware elektrische vrachtwagens achterblijft bij de snelle electrificatie van het wegtransport. Volgens het rapport zal Nederland in 2030 waarschijnlijk maximaal de helft van de laadcapaciteit hebben die nodig is om het groeiende aantal batterij-elektrische vrachtwagens (BET’s) te bedienen.

Europa heeft naar schatting 22–28 GW laadvermogen nodig in 2030, wat neerkomt op ongeveer 150.000–175.000 private en 60.000–80.000 publieke laadpunten. Het merendeel van het laden zal ’s nachts op depots plaatsvinden, maar voor langeafstandstrajecten zijn bovendien 4.000–5.300 megawattladers nodig: krachtig in vermogen maar weinig in aantal (ongeveer 2% van de laadpunten) en goed voor bijna 15% van de totale capaciteit.

De huidige EU-regels (AFIR) dekken deze behoefte onvoldoende. ICCT schat dat AFIR in 2030 slechts 50–70% van de publieke vraag zal invullen; op het TEN-T kernnet is dat 65–85%, op het bredere wegenstelsel maar 35–45%. Voor landen met veel transport en weinig wegen, zoals Nederland en België, bedraagt de dekking slechts 30–50%.

Praktische gevolgen zijn wachttijden, beperktere routes en hogere bedrijfskosten voor transporteurs. Struikelblokken zijn netcongestie, trage vergunningverlening en investeringsachterstanden. Het ICCT pleit voor versneld vergunningbeleid, proactieve netinvesteringen door netbeheerders en meer transparantie over beschikbare netcapaciteit om te voorkomen dat het vrachtverkeer bij laadpunten vastloopt.